Heb Dank, O Majesteit

13 May, 2005

David Vos en Felix Strategier brengen foute en stoute liedjes uit de oorlogsjaren, begeleid door Djoeke Klijzing en Joeri de Graaf.

Regie: Eva Bauknecht
Zang: David Vos en Felix Strategier
Muzikanten: Joeri de Graaf (gitaar), Djoeke Klijzing (cello)

Na het succes van de voorstelling Ouwe Meuk van vorig seizoen produceert Theatergroep Flint nu Heb dank, o Majesteit. Liederen, teksten en sketches uit de oude doos. Dit jaar in het teken van de oorlog.

In samenspraak met Maarten Eilander van het Theater Instituut Nederland hebben wij een aantal liederen en teksten geselecteerd die gezongen en gespeeld werden in en rond de Tweede Wereldoorlog. De vragen die je stelt als er weer zo’n catastrofe als een wereldomvattende oorlog uitbreekt, blijven actueel. Collaboreren? In het verzet gaan? Of gewoon doorspelen!

Dit dilemma komt op speelse wijze aan de orde in Heb dank, o Majesteit.
Foute en stoute liedjes van onder andere Jacques van Tol, Dirk Witte, Willy Derby, Jan Vermeer, de Wama’s en Johnny and Jones. Daarnaast een serie pas ontdekte (op glasplaat) nieuwe liedjes.

Joeri de Graaf (gitaar) en Djoeke Klijzing (cello) geven de liederen een subtiele, spannende begeleiding. David Vos en Felix Strategier zingen de liederen en geven de teksten een eigentijdse, moderne lading.

Recensie Trouw, maandag 2 mei 2005 door Hans Oranje

Een gouden tip voor hen die belangstelling hebben voor het theater tijdens de oorlog is de voorstelling “Heb dank, o Majesteit” van Theatergroep Flint. Maarten Eilander, medewerker van het Theaterinstituut, stelde een programma samen van liederen en sketches uit de Rweede Wereldoorlog. Door Felix Strategier en David Vos wordt het programma gezongen en voorgedragen onder de voortreffelijke begeleiding van twee jonge musici: Djoeke Klijzing (cello) en Joeri de Graaf (gitaar).

In soepele overgangen worden “schlagers” als “Op de hoek van de straat staat een NSB-er” afgewisseld met venijnige anti-joodse liedjes van Jacques van Tol. Fraai is, hoe liederen van de laatste soort in een muzikale omlijsting en overgaand in een andersoortig lied of sketchje worden geplaatst, zodat toeschouwers de gêne wordt bespaard direct te applaudisseren voor zijn rabiate Jodenhaat. Emotionerend is tegen het slot het Jiddische “Mazzel en Broge” waarbij Klijzing een viool ter hand neemt en de Jiddische klanken met overweldigende zwier over ons uitstrijkt.

Zo komt voor het dichtgetrokken rode gordijn ook een zwarte avond tot leven, maar dan zwart in de zin dat de knappe tekstschrijver Van Tol onvermijdelijk een leeuwendeel voor zich opeist: hij kon ongehinderd de oorlog tot zijn onderwerp kiezen, bijvoorbeeld ook in het tegen Wilhemina gerichte lied “Heb dank, o Majesteit”. Maar de “Westerborkserenade”die Vos en Strategier samen zingen over een doodgewoon verliefde kampbewoner krijgt er wel vlijmscherpe contouren door.